Op 25 november 1813 ontving Jonkheer Willem Francois Boreel de opdracht van Koning Willem I, om een Cavalerieregiment te formeren. De Cavaleristen werden voor het eerst getest in 1815. Napoleon Bonaparte had zijn verbanningsoord Elba verlaten en rukte met zijn troepen op richting de Zuidelijke Nederlanden. De Nederlandse troepen formeerden, samen met de Engelsen, een front nabij "Quatre-Bras" (omgeving Waterloo) om de opmars te stuiten.
De troepen leden zwaar onder de overmacht van de Fransen. De Luitenant-Kolonel Boreel kreeg de opdracht met zijn regiment voorwaarts te gaan. Onversaagd trokken ze er op los, maar ze moesten tenslotte wijken voor het kanongebulder. Alhoewel geen succes, hadden zij er toe bijgedragen, dat de Engelse en Nederlandse troepen gedurende enige tijd van de veldslag een rustpauze kregen.
Op 17 juni 1815 trokken de Nederlandse troepen zich terug en stelden zich op in Waterloo, waar een dag later de beroemde strijd ontbrandde. Het Regiment chargeerde tot tweemaal toe en achtervolgde de vijand zover, dat het regiment op een bepaald ogenblik zelfs afgesneden raakte van de eigen troepen. Uiteindelijk is de slag door de Fransen verloren en had de wereld kennis gemaakt met de Huzaren van boreel.
Op 3 oktober 1820 werd het eerste standaard aan het regiment uitgereikt.